Wat is de kern van de leer van de evolutie?

Geschreven door Jurrian Beelen

 

 

Kern van evolutie

De evolutie leer is, heel zwart wit gezien, op te delen in twee basis ideeën: basis idee één berust op het idee van de “common descent”. Basis idee twee is Darwins evolutiemechanisme. De/het zogeheten “motor of aandrijfkracht” achter het evolutieproces.

Om de evolutieleer de definiëren in twee basis ideeën is natuurlijk te kort door de bocht daarom achten wij het goed om deze basis ideeën uit te werken om zo tot een definitie te komen over wat de evolutie leer nou inhoudt.  

 

 

Common descent

Common descent is een Engelse term. Wanneer we deze term vertalen naar het Nederlands zal het eerste basis idee ook snel duidelijk worden. Common descent betekent namelijk: ”zelfde afkomst.” Darwin suggereert dus met deze term dat alle wezens, die wij vandaag de dag kennen, uit hetzelfde wezen zijn voortgekomen. Darwin kwam met deze theorie door het feit dat veel wezens op de aarde bepaalde overeenkomsten met elkaar vertonen. Voorbeelden hier van zijn natuurlijk de mens en de aap, maar natuurlijk ook alle kattensoorten. [1]

Ook wordt er door Darwin gekeken naar fossielen die te vinden zijn in de verschillende aardlagen. In de bovenste aardlagen vinden we vooral fossielen van planten en dieren die nog veel weg hebben van de tegenwoordig bekende organismen. Hoe dieper je graaft, hoe minder die fossielen gaan lijken op de huidige organismen. Volgens evolutionisten zijn de verschillende aardlagen in de loop der jaren afgezet. Dit voorval impliceert dat de fossielen de resten zijn van het leven op aarde in de opeenvolgende tijdperken. Dit is ook de reden waarom de fossiele verdeling in de bodem overal ter wereld hetzelfde is. Daarnaast laat de fossiele verdeling een evolutie in de richting van de huidige organismen zien. De fossielen in de diepe aardlagen zijn de voorouders van de fossielen in de ondiepere aardlagen. Ze hebben dus na elkaar geleefd en niet tegelijkertijd.

 

 

Evolutiemechanisme als Motor achter het evolutie proces

De strijd, om te blijven bestaan, van de soorten in de natuur leidt volgens Darwin tot natuurlijke selectie. Dit betekent dat individuen met de zwakke eigenschappen eerder zullen sterven dan anderen met de sterke eigenschappen. Op deze manier krijgen de individuen met de sterke eigenschappen meer nakomelingen en zullen de sterke eigenschappen in de nieuwe generatie steeds vaker voor zullen komen. Deze vorm van natuurlijke selectie bestaat alleen uit het proces van eliminatie en niet uit nieuwe impulsen voor een evolutie. [2]

Het tweede basis idee is eigenlijk een antwoord op een vraag en wel de volgende: “ Waar komt biologische informatie vandaan?” simpel gezegd is Darwins antwoord: puur toeval. In biologische termen: mutaties.

Iedereen begrijpt dat een mens velen malen complexer in elkaar steekt dan een bacterie. die informatie moet ergens vandaan komen. volgens Darwin verklaart dit aan de hand van mutaties die selectief voordeel opleveren. Dit zorgt voor de ontwikkeling van bacterie tot mens. Selectie is een relatief simpel proces. Bepaalde negatieve eigenschappen worden afgebroken en op de positieve, reeds bestaande, eigenschappen wordt verder gebouwd. Deze positieve elementen worden opgeslagen in het DNA waar de volgende generatie dan weer op gebouwd wordt.

De opslag van deze informatie in het DNA is slechts het topje van de ijsberg. Voor organismen daadwerkelijk kunnen leven moet al deze informatie via geavanceerde moleculaire aflees-, vertaal- en productiemechanismen worden omgezet in acties. Omdat het systeem dusdanig complex is, werkt het systeem ook niet wanneer een minuscuul onderdeeltje ontbreekt. Dan komt logischerwijs de vraag, “ Hoe wordt zo’n complex systeem nou opgebouwd?”, naar boven. Evolutionisten verklaren dit aan de hand van de opbouw door middel van verschillende tussenstappen.

Het evolueren van organismen is dan de motor achter deze geleidelijke opbouw. Natuurlijke selectie selecteert de beste tussenstappen voor de volgende fase.

 

[1] Prof. Dr. H.A. Bakker, Dr. M.J. Kater en Dr. W. van Vlastuin. 2014. Verantwoord Geloof. Kampen: Brevier.

[2] Prof. Dr. H.A. Bakker, Dr. M.J. Kater en Dr. W. van Vlastuin. 2014. Verantwoord Geloof. Kampen: Brevier.

Gemaakt door Joas Wessels

Maak jouw eigen website met JouwWeb